Binnenkort moet het kabinet Schoof gaan regeren. Hoe zal dat gaan? De valkuilen in het model dat bij deze kabinetsformatie is gekozen zijn wel zo groot dat dit niet vanzelf goed zal gaan. De eerste valkuil is de combinatie van een niet-politieke premier met een coalitie waarvan alle leiders in de Tweede Kamer zitten. Schoof is een erkend deskundig ambtenaar met een grote loyaliteit naar de politieke top. Hij heeft weliswaar redelijk recent zijn lidmaatschap van de PvdA opgezegd, en kan nu voor partijloos doorgaan, maar als je pas na je zestigste zo’n lidmaatschap opzegt, mag je er gerust van uitgaan dat zijn interne politieke waarden in het sociaaldemocratische spectrum liggen. Daar heb je niets aan als je premier bent in de radicaal-rechtse coalitie die tot dit kabinet heeft besloten. Als je geen gezag kunt ontlenen aan je eigen politieke waarden moet het gezag ergens anders vandaan komen. Het lijkt me bijna onvermijdelijk dat dat gezag zal komen van de vier partijleiders van deze coalitie. Vanuit de Tweede Kamer dus. We hebben eerder meegemaakt dat partijleiders in de Kamer bleven zitten en geen deel wilden uitmaken van het kabinet. Wilders koos ervoor in het kabinet Rutte 1, en koos er toen wijselijk genoeg ook voor om geen kandidaat bewindspersonen te hoeven voordragen (we zien aan zijn recente voordrachten hoe wijs dat was), maar ook in Rutte 2 en 3 zaten partijleiders in de Kamer, en niet in het Kabinet. Dat leidde wel tot een maandagochtendoverleg van de premier, de vicepremiers en de fractievoorzitters van de coalitiepartijen waar alle politieke zaken werden gedaan. De andere leden van het kabinet moesten maar afwachten wat daar op die maandagochtenden werd besloten, en ook de coalitiepartijen in de Kamer hadden geen bewegingsruimte meer. Het werd door onder andere Omtzigt omschreven als een ongezonde bestuurscultuur waar we afscheid van zouden moeten nemen. Maar ik zie op dit moment eigenlijk geen geloofwaardig alternatief. De premier zou ook te rade kunnen gaan bij zijn eigen vicepremiers om een politieke lijn te vinden, maar de vicepremiers krijgen waarschijnlijk niet de ruimte om andere dingen te vinden dan hun partijleiders, en de premier zou dan ook in zijn eigen kabinet geen enkel gezag meer hebben. Het beeld van een premier als boodschappenjongen van de coalitieleiders dringt zich wel nadrukkelijk op.
Een andere valkuil bestaat uit het feit dat de coalitie in de Eerste Kamer niet over een meerderheid beschikt. Er moeten dus politieke deals en compromissen gezocht en gevonden worden die haalbaar zijn in beide Kamers van het parlement. Van een handige ambtenaar kun je nog best een slimme deal verwachten. Dat zou voor Schoof dus nog wel een optie zijn. Maar hij maakt de deals niet zelf. Dat is niet de positie van de premier. Hij moet daarin zijn kabinetsleden ondersteunen en begeleiden, zonder dat hij zijn eigen politieke instincten daarbij kan inzetten, want die zijn in deze coalitie onbruikbaar. Het grote risico is dat de boodschappenjongen met de verkeerde boodschappen aan komt zetten. Daar weet in elk geval de partijleider van de grootse fractie wel raad mee. Zijn vaardigheid om mensen onder druk te zetten en tot de grond af te branden is algemeen erkend.
Eén ding kan ook niet onbenoemd blijven, namelijk het internationale optreden van het nieuwe kabinet. Ik maak me maar geen voorstelling van hoe de nieuwe minister van buitenlandse handel dit zal gaan doen. Maar bij premier Schoof maak ik mij niet allen een voorstelling, maar ook grote zorgen. Hoe kan iemand zonder politiek gezag zich staande houden in de internationale arena van regeringsleiders, voor wie hun politieke identiteit juist hun hele bestaansrecht is?
De toekomst kan enorm verrassen. Valkuilen kunnen op tijd worden herkend en worden omzeild. Maar als dat laatste niet gebeurt, wacht ons niet alleen slecht bestuur van een heel onervaren ploeg, maar ook een bestuurscultuur die nog erger is dan we onder de diverse kabinetten Rutte hebben moeten meemaken.