Al meer dan dertig jaar werk ik voor de Rijksoverheid. Met een zekere trots. Ik heb in die jaren meermaals geroepen dat het Nederlandse openbaar bestuur tot de beste van de wereld gerekend mag worden. Heel recent hoorde ik bij een webinar over publiek leiderschap ook iemand dat precies zo verwoorden. En toen ging er een pijnscheut door mijn hoofd, met de gedachte: “Het is niet meer waar! ”. En ik ging het voor mezelf opsommen. Het beeld over het openbaar bestuur kreeg al een enorme knauw met de kinderopvangtoeslagaffaire. Voor veel Nederlanders moet het ook een pijnlijke inbreuk op hun nationale trots zijn geweest toen wij wekenlang onderaan bungelden in de lijstjes over het aantal vaccinaties tegen Corona. Maar het is veel meer dan dat. Nederland bungelt ook onderaan de Europese lijstjes als het gaat om de opwekking van duurzame energie. Nederland heeft de hoogste ammoniakuitstoot van de EU. Nederland heeft een woningencrisis. Het Nederlandse onderwijs duikelt omlaag op de internationale vergelijkingen van de OESO. De sociale ongelijkheid neemt toe. Nederland heeft groot achterstallig onderhoud aan bruggen en wegen. Nederland is topproducent van synthetische drugs. Nederland zit in de NAVO qua bijdrage in de onderste helft. Het aantal gehandicapten op de werkvloer is in EU perspectief heel laag. Ja, zelfs qua pestgedrag op de werkvloer scoort Nederland als een van de laagste in de EU. En dat raakt allemaal facetten van het openbaar bestuur. En dat behoort dus helemaal niet tot de beste van de wereld, misschien niet eens bij de beste helft van de EU. Toen ik zelf dit lijstje zo zag, en dit lijstje valt ook nog wel uit te breiden, schoot de gedachte door mij heen: “de Nederlands overheid heeft deze eeuw nog niets substantieels tot stand gebracht”. Nu houd ik zelf niet zo van dit soort sweeping statements. Dus heb ik mijn best gedaan om voorbeelden te vinden die deze stelling zouden ontkrachten. Ik heb er nog niet één bedacht. Budgetdiscipline misschien. Maar dat is toch eerder een middel dan een doel.
Leuk is deze constatering allerminst. Zeker niet als je betrokken beleidsambtenaar bij het Rijk probeert te zijn. Ik schrijf het toch op. Dat is zeker niet om een schuldige aan te wijzen. Nederland is een parlementaire democratie. Als we zien dat het openbaar bestuur al twintig jaar tekort schiet zijn we daar als burgers van Nederland allemaal medeverantwoordelijk voor. Maar de constatering geeft wel een opdracht, die heel anders is dan vanuit het beeld dat het Nederlands openbaar bestuur tot de beste van de wereld behoort. Als dat laatste onze ambitie is, is er veel werk aan de winkel. Dan moet het komende kabinet, samen met de decentrale overheden, heel hard aan de slag om de energietransitie meer vaart te geven, al het achterstallig onderhoud in infrastructuur, onderwijs, wonen en de uitvoering van de publieke dienstverlening weg te werken, knopen door te hakken in de ruimtelijke vraagstukken, Nederland duurzaam te maken en een plek te geven in de digitale toekomst. Enzovoort. Misschien is er geen dik regeerakkoord nodig deze keer, maar wel een met heel stevige acties, zodat we hopelijk in 2030 kunnen constateren dat de Nederlandse overheid in tien jaar tijd veel substantieels tot stand heeft gebracht.
p.s. Ik zou het helemaal niet erg vinden om in een volgende blog een lijstje te kunnen laten zien van substantiële zaken die bovenstaande stelling ontkrachten. Dat zou misschien zelfs heel inspirerend kunnen zijn.
Heel bedroevend deze constatering. Ik zou zelf nog als ex-ambtenaar van de Arbeidsinspectie nog controle willen toevoegen. Ik zie ook dat klimaat en energietransitie veel genoemd worden als actiepunt. Biodiversiteit verhogen is volgens de wetenschappers van het Stockholm Resilience Centre SRC) belangrijker, ook in Nederland. Ook hier hangen we Europees onder aan de lijst. Het SRC heeft punten berekend waarop het evenwicht op aarde definitief verstoord raakt en we op een beperkt leefbare aarde terecht komen
Een half uur geleden werd ik door een kennis geattendeerd op dit blog-artikel. Ik reageerde meteen. Hierbij wat ik schreef:
– – – – [begin citaat] – – – – –
Ter Haar schrijft (op 23 april 2021): “Al meer dan dertig jaar werk ik voor de Rijksoverheid. Met een zekere trots. Ik heb in die jaren meermaals geroepen dat het Nederlandse openbaar bestuur tot de beste van de wereld gerekend mag worden. Heel recent hoorde ik bij een webinar over publiek leiderschap ook iemand dat precies zo verwoorden. En toen ging er een pijnscheut door mijn hoofd, met de gedachte: “Het is niet meer waar! ”. En ik ging het voor mezelf opsommen. Het beeld over het openbaar bestuur kreeg al een enorme knauw met de kinderopvangtoeslagaffaire.”
“Al”??? Ik wist al twintig jaren geleden dat dat zelfgenoegzame beeld van het openbaar bestuur niet klopte. Toen zat Ter Haar nog diep in zijn comfortzone, en zou daar ook nog twee decennia in blijven, terwijl onze democratische rechtsstaat ondertussen verder afbrokkelde.
Verderop in zijn blog-artikel schrijft Ter Haar: “Leuk is deze constatering allerminst. Zeker niet als je betrokken beleidsambtenaar bij het Rijk probeert te zijn. Ik schrijf het toch op. Dat is zeker niet om een schuldige aan te wijzen. Nederland is een parlementaire democratie. Als we zien dat het openbaar bestuur al twintig jaar tekort schiet zijn we daar als burgers van Nederland allemaal medeverantwoordelijk voor”
Nee, daar zijn we niet allemaal medeverantwoordelijk voor. Ik doe al twintig jaar pogingen om wat er fout gaat, bespreekbaar te maken en het tij te keren. En ik heb daar ook een heftige prijs voor betaald, terwijl Ter Haar ondertussen carrière maakte bij de Rijksoverheid. Ter Haar is er ZELF wel medeverantwoordelijk voor.
Of bedoelt Ter Haar met “allemaal” alleen de mensen die “er toe doen”, namelijk insiders van het machtssysteem, net als hijzelf? Dan laat deze uitlating zien dat Ter Haar nog steeds niet beseft wat er aan de hand is, namelijk dat hij in een bevoorrechte bubble verkeert die slachtoffers maakt onder de buitenstaanders.
Ter Haar vervolgt: “Maar de constatering geeft wel een opdracht, die heel anders is dan vanuit het beeld dat het Nederlands openbaar bestuur tot de beste van de wereld behoort. Als dat laatste onze ambitie is, is er veel werk aan de winkel.”
Ja, dat klopt. En het eerste werk dat er voor Ter Haar aan de winkel is, is dat Ter Haar bij zichzelf te rade gaat waarom hij, als persoon, zo lang zijn oogkleppen heeft opgehouden en binnen in die comfortabele, blinde bubble is gebleven. En waarom hij , in dit blog-artikel, nu alweer de “medeverantwoordelijkheid” begint af te schuiven naar “ons allemaal”.
– – – – [einde citaat] – – – – –
Ik ben graag bereid hierover met Ter Haar in enige vorm een dialoog aan te gaan.
Met als aanvulling nog het aardgas-schandaal in Groningen, volgens Wiebes “overheidsfalen van epische proporties”. Waarbij mensen al jaren in onveilige huizen wonen en nog altijd moeten wachten op de hen rechtens toekomende schadevergoeding.
En dat in een zogenaamd “westers” land als Nederland.
Jaren geleden ondenkbaar, maar mijn boodschap aan mijn kinderen is: kies straks een vak waarmee je naar het buitenland kan. Want ik geloof na de verkiezingsuitslag van maart en de daarop volgende machinaties van Rutte niet meer dat het hier ooit nog goed komt.
Me2 en als ondernemer, ik die startte in 1995 wist ik dit soort zaken toen al. Ik voelde me toen (en nu nog steeds) als een eendenkuiken in het water, tussen de snoeken en de ratten. Tussen de overheid en het criminele mediazakenleven. Wij hebben gelukkig onze kinderen allemaal kunnen overtuigen, dat Nl een stipje op de kaart is met weinig toekomst en een enorme grote mond…. Is dit nu het land en de overheid die ik als oud militair jarenlang trouw heb verdedigd? Ja dit land is een derderangs nep-staat, dat geregeerd word door graaiende studentjes die punten verdienden met malligheden…
Dit is boeiend. Drie jaar geleden sprak Bernard Ter Haar op een ontmoeting van het Netwerk voor Politieke Innovatie in Nieuwspoort.
Mijn NPI vrienden vonden zijn bijdrage maar matig. Ik was er positiever over: hij is het volledig met ons eens, behalve als het op concluderen aankomt, hield ik hen voor.
Het is een beetje tragiek. Het onderwerp was het onvoorwaardelijk basisinkomen.
Daar was Ter Haar niet voor, maar de analyse deelden wij.
Wat zegt dit? Misschien dat de ambtenaar gemakkelijk zijn politieke oordelen opschort, verbergt, onderdrukt?
Ik doe graag mee aan enige vorm van dialoog.
Er zijn volgens mij twee, gerelateerde, dingen misgegaan. Als eerste is de overheid in de zelfgegraven valkuil van het geloof in volledige maakbaarheid gevallen. Inmiddels is de burger het van de weeromstuit ook gaan verwachten. Actueel voorbeeld is natuurlijk de coronavaccinatie. Van boven wordt de illusie gepropageerd dat er een volledig eerlijke volgorde zou zijn. Die is er niet, en we worden getrakteerd op een half jaar burger opwinding in de media. Elk missertje in de crisis word breed uitgemeten. Inmiddels wordt er op de vloer gewoon hard geprikt: vanmiddag zelf geweest, onder de indruk van de souplesse van de organisatie. Maar je moet het wel simpel houden, elk frutsel is een complicatie die bemoeilijkt en vertraagd. En dan staat het niet meer allemaal op de perfecte volgorde.
De andere is de onwil om pijn te verkopen, zie bv het stikstofdossier, daar wordt alleen maar vooruitgeschoven omdat niemand durft te zeggen dat het zonder pijn en andere tegenvallers niet gaat lukken. Beide vergt een ander soort leiderschap dan we nu hebben.
Frissen heeft hier al het nodige over geschreven hoe zoiets zou moeten werken, voor de doorzetters in zijn boek ‘de Fatale Staat’. Maar in het uurtje gesprek hierover in boeken komt het samengevat vrij volledig langs.
De verschillende dingen die er in de afgelopen twintig jaar “mis” zijn gegaan, verdienen natuurlijk elk grondige bestudering. Maar wat mij met het oog op dit blog-artikel van Ter Haar het meest intrigeert, is een terugkerend patroon dat ik in heel verschillende situaties heb gezien, namelijk het volgende.
Een overheidsfunctionaris met een zekere beslissingsmacht (of het nu een bestuurder, een rechter, een beleidsambtenaar, een toezichthoudende ambtenaar of een uitvoerend ambtenaar is) komt in een situatie waarin hij/zij een verschil kan maken, en waarin verschillende “stakeholders” hun belangen ook duidelijk kenbaar maken, en zich beroepen op bestaande (spel)regels en afspraken.
Wat ik keer op keer heb zien gebeuren, is dat in zo’n casus alle overheidsfunctionarissen met beslissingsmacht in die casus de wensen van machthebbers volgden, maar niet de (bedoeling van de) spelregels en ook niet de gemaakte afspraken, zodra die in de weg stonden aan de wensen van de machthebbers. Wat ik ook telkens zag, was dat de betreffende functionarissen hun eigen bewustzijn vernauwden om niet in conflict te raken met de wensen van de machthebbers. Tegenargumenten werden onder het vloerkleed geveegd, er werden nieuwe redenen voor een bepaalde koers verzonden als van eerder opgevoerde redenen werd aangetoond dat ze geen hout sneden, etc.
Mijns inziens is hier sprake van ten minste twee problematieken:
(1) de groepsdynamiek binnen het machtsapparaat;
(2) een gebrek aan (intellectuele en praktische) integriteit van individuele overheidsfunctionarissen – soms ook wel een gebrek aan een “rechte rug” genoemd.
Waar ik in een dialoog in geïnteresseerd in zou zijn, is:
(1) Hoe Ter Haar als topambtenaar die groepsdynamiek en zijn eigen (rechte of minder rechte) rug heeft ervaren;
(2) Welke oplossingsrichtingen Ter Haar ziet om te komen tot een bestuurspraktijk (en dus ook een bestuurscultuur) waarin individuele overheidsfunctionarissen integer en transparant gaan handelen.
Concrete casussen van dingen die “mis” gingen, kunnen in zo’n dialoog dienen ter illustratie van de problematiek, en als toetssteen of bepaalde oplossingsrichtingen realistisch zijn en zouden bijdragen aan echte verbetering.
Beste Bernard. Ik ken je niet. Je lijkt me een sympathieke en competente vent. Maar zoals dat gaat met veel beleidsambtenaren: de collectieve blindheid en domheid is ten hemel schreiend. Wat wij in de private sector allemaal de decennia lang weten, dringt ineens tot je door: de Nederlandse overheid heeft deze eeuw nog niets substantieels tot stand gebracht. Aan de tiet van de gas-winsten, bij elkaar in de broek plassend in de polder en onder het juk van het neo-liberale markt-denken zijn we lang geleden afgegleden. Het meest onthutst ben ik over je achteloze conclusie dat ‘in een democratie alle burgers daar collectief voor verantwoordelijk zijn’. Hoe durf je?! Het is deze mentaliteit die mij razend en onmachtig maakt. Wanneer zie ik eens een beleidsambtenaar verantwoordelijkheid nemen voor de fuck up die hij of zij veroorzaakt en er samen de schouders onder zetten?
Zeer goed verwoord!
Michiel Jonker noemt twee problematieken:
(1) de groepsdynamiek binnen het machtsapparaat;
(2) een gebrek aan (intellectuele en praktische) integriteit van individuele overheidsfunctionarissen
Dat moet ons niet verbazen. Een ambtelijk apparaat moet goed functioneren. Dan moeten ambtenaren de regels volgen, anders heeft niemand het in de hand. Elke ambtenaar die ziet dat bepaalde regels onrechtmatige of ondoelmatige effecten hebben, weet dus dat diegene die van die regels afwijkt zelf flinke problemen zal ondervinden, maar wie de regels volgt niet. Ook het melden van de foute situatie is gevaarlijk: klokkenluiders worden in Nederland slecht beschermd. Eigen verantwoordelijkheid nemen en initiatief tonen worden dus duidelijk ontmoedigd en zelfs bestraft. Zo selecteer je ook je personeel. Mensen met initiatief, creatief denken, en sterk verantwoordelijkheidsgevoel tegenover de samenleving als geheel zullen dit soort banen vermijden.
Er bestaan veel organisaties die wel degelijk hoge kwaliteit leveren en volop gebruik maken van initiatief en eigen motivatie van de werknemers. Ook in de overheid: denk aan de uitmuntende technische prestaties van Rijkswaterstaat.
Welke overheidsdienst is er nu mee belast om voor de overheid zulke betere structuren te bedenken en te doen invoeren?
Laag bij de grond, bij de burger, ambtelijke discretionaire ruimte. We dachten er een aanzet toe te geven door een beslisambtenaar uit te nodigen een beslissing te nemen die niet de volle kracht van de WWB en P’wet op een cliënt los zou laten, maar rekening te houden met de tijdelijkheid van een situatie waarin een kind niet direct tot een vervolgopleiding kon worden toegelaten door een onzekere wachtlijst. De echelons er boven beslisten, en beslisten nee. Kostendelersnorm. Halvering van het toch al karige huishoudinkomen.
Argument voorafgaande aan de afwijzing, wat herinneringen opriep aan de beraadslagingen in het parlement. Als er 6 of 10 mensen op een adres wonen hebben ze een rijk bestaan. Economisch verstandig gedrag verboden.
Met dit soort argumenten kan iedereen door de wringer die geen redelijke baan (plus €40.000) heeft. (dat schat ik op 75-80% van de bevolking als individu)
Als ex-ambtenaar moet ik helaas onderschrijven dat de Nederlandse overheid deze eeuw nog niets substantieels tot stand heeft gebracht. Wat wel is gelukt: goedlopende overheidsorganisaties om zeep helpen door slechte besluitvorming en kritiekloze uitvoering van beleid. Op veel vlakken is daarvoor gewaarschuwd maar keer op keer heeft men vastgehouden aan onzalige plannen.
Al eind jaren ’90 is dat ingezet o.a. door beleidsstapeling, bevorderen van complexiteit in regelgeving, vasthouden aan onuitvoerbare besluiten, mensen zonder kennis van zaken leiding laten geven aan technische processen, onzinnige reorganisaties toepassen en negeren van kritiek, om maar een paar dingen te noemen.
Zolang we opgescheept zijn met een bewezen liegende premier die dit allemaal heel gaaf vindt en een tandenloos parlement, ben ik niet optimistisch over een kentering.
De overheid heeft het verenigingsleven om zeep geholpen. Nee marktwerking moest er komen. Wat was er mis met het ziekenfonds de gezinsverzorging de kraamverzorging ?? Ziekenhuizen bejaardenhuizen enz. Waren verenigingen waar mee je je betrokken voelde. En dan die branche verenigingen denk aan ABTB en CBTB. Allemaal weg en die hadden toch hele bekwame bestuurders. Daar kon de overheid niet tegen op.
De opleidingen de scholen het is toch een puinhoop geworden. De betrokkenheid van de burgers is om zeep geholpen
Bedankt Bernard voor deze interessante post, die gezien de reacties een gevoelige snaar raakt. Niet verrassend, want het is jammer genoeg nog erger dan je schrijft. De afgelopen 10 jaar (drie kabinetten Rutte) en wellicht ook daarvoor al, is er niet alleen niets bijgedragen, er is juist veel afgebroken door slecht beleid. Daarover schreef ik eerder twee blogs:
https://klantgerichtondernemen.blogspot.com/2019/12/10-jaar-kabinet-rutte-12-keer-crisis.html
https://klantgerichtondernemen.blogspot.com/2021/04/crisis-nummer-13-en-14-voor-kabinet.html
Wat mij opvalt: in de toeslagaffaire (en wellicht ook andere affaires) is door ambtenaren willens en wetens de wet overtreden met grote gevolgen voor burgers. Opvallend genoeg vindt daar geen vervolging van wetsovertreders plaats. Ik ben benieuwd wat jouw mening daarover is als ambtenaar.
Wat mij betreft zijn burgers niet medeverantwoordelijk, zij zijn feitelijk het slachtoffer. Ze hebben zo goed als kwaad geprobeerd om te stemmen op die partijen en politici die hun belangen het beste zouden kunnen vertegenwoordigen. Geen enkele burger heeft gestemd voor woningnood (verhuurdersheffing), afbraak en wachtlijsten jeugdzorg (bezuinigingen i.c.m. decentralisatie naar gemeenten), afbraak en wachtlijsten ouderenzorg (enorme bezuinigingen i.c.m. uitstroom van tienduizenden zorgmedewerkers), afname kwaliteit onderwijs (lerarentekort, passend onderwijs, mislukte vernieuwingen), toename kansenongelijkheid (rijken rijker en meer armen steeds armer), slechte positie van jongeren, gehandicapten en flexwerkers op de arbeidsmarkt, slechte dienstverlening bij uitvoeringsinstanties (bezuinigingen i.c.m. digitalisering en nadruk op fraudebestrijding), etc. Om alle problemen snel op te kunnen lossen moeten decentralisaties op veel plaatsen in meer of mindere mate teruggedraaid worden, moet er meer landelijke c.a. provinciale regie komen. Al die bovenregionale en samenwerkingsverbanden en overlegorganen zijn weinig transparant en zorgen voor een bestuurlijke bureaucratische brij waarbij niemand blij van wordt.
Beste heer ter Haar,
Wat ook niet helpt: De manier waarop de overheid nieuw personeel uitkiest.
Ervaring en deskundigheid is minder belangrijk dan diploma’s.
De allereerste filter bij het opsturen van de CV en motivatie is “wat is uw hoogste opleiding”. Iemand, die dertig jaar geleden “alleen maar” de (toen nog niet eens bestaande) Bachelor* gehaald heeft, wordt meteen afgekeurd indien een Master gevraagd is. 20 jaar lang tot tevredenheid van medewerkers en leidinggevende van diverse multinationals en internationale overheidsinstanties in de beschreven functie gewerkt te hebben, is op dit moment niet relevant.
Uiteraard zijn filters nodig, alleen is de vraag of deze manier van personeelswerving een geschikte manier is om de overheid dichter bij de doorsnee burger en de realiteit te krijgen.
*een vóór “Bologna” in het buitenland behaalde Bachelor is bovendien vaak meer waard dan de hedendaagse versie. Men moet dus kiezen tussen liegen (dus master invullen en een kans maken) of eerlijk zijn (en meteen afgewezen worden).
Hartelijke groet,
Verena Blessing
De blog van Bernard ter Haar leidt tot interessante reflecties op de bijdrage van de ambtenaar op het bestuur van Nederland. Een complexe zaak die laat zien dat goede intenties niet altijd voldoende zijn voor een complexe taak om een land leefbaar te houden. Uiteraard gaat ook veel goed en is Nederland voor veel burgers goed toeven. De analyse van Ter Haar dat in veel lijstjes Nederland in de onderste regionen bungelt, ook op de corruptieindex van TI is Nederland twee plekken gedaald, inspireert tot kritisch denken en verbetering. Met collega Hans Stukart proberen we de Code Goed Bestuur van BZK (2009) en de bijbehorende 7 beginselen uit de motteballen te halen: openheid & integriteit, participatie (weten wat er leeft in de maatschappij). behorlijke contacten met burgers, doelgerichte en doelmatige beslissingen, legitimiteit (beslissing kan de obverheid rechtvaardigen), zelfreinigend en lerend vermogen (Wat Ter Haar beoogt) en tot slot verantwoording (bereidheid regelmatig en ruimhartig jegens de omgeving te verantwoorden. Iets wat alle reacties ook laten zien. Naar onze visie zijn integriteit en goed bestuur wel in de regelgeving opgenomen, maar te weinig in gedrag, houding en beleid geintegreerd. Mooie woorden op papier in regeringsakkoorden en beleidsprogramma’s, maar te weinig benut in de dagelijkse praktijk en de dilemma’s die bestuurders en ambtenaren tegenkomen. Te weinig vertaald in de ambtelijke organisaties om tegenmacht tegen bestuurlijk opportunisme te organiseren in een veilige organisatie. De oproep van Ter Haar is een mooie uitnodiging voor herbezinning. Niet theoretisch maar vanuit de praktijk. Een toepasselijk voorbeeld is de nieuwe omgevingswet, uitgesteld met een halfjaar, wat ruimte geeft om de wet te toetsen oop de beginselen van goed bestuur. Maakt deze wet de verwachtingen van de burgers waar? Ambtenaren kom uit jullie schulp. Jullie zijn belangrijk om de nieuwe bestuurscultuur te realiseren.
Wat wordt hier verstaan onder substantieel? In deze eeuw hebben we de digitale overheid neergezet met o.a. mijnBD en mijnToeslagen, digitale aangifte mogelijkheden en de vooraf ingevulde aangifte, de overstap van pc naar smartphone apps, Douane apps, …
Uiteindelijk gaat het dan weer alleen over de 99% waar men tevreden over is. De eOverheid is substantieel. Helaas is het wel vaak getriggerd door bezuinigingsmaatregelen en het streven naar een kleinere overheid waardoor het nog niet optimaal, of soms helemaal niet beter functioneert.
Mij overkwam iets vergelijkbaars (schreef ik op mn eigen blog https://hadewychsmening.blogspot.com/2021/04/schaamte.html). Hoewel al jaren uiterst kritisch en ook bepaald niet van de regeringspartijen, had ik toch het volste vertrouwen dat de Nederlandse overheid door de bank genomen een hele goeie was. Zelfs ondanks verschrikkelijke horrorverhalen zoals uit Groningen of in de toeslagenaffaire – ik meende dat we in ieder geval over meer zelfreinigend vermogen beschikten dan de meeste andere landen. Ik ben net zo hard van m’n geloof gevallen en tegenwoordig heb ik ineens een greintje begrip voor wappies en extremisten. Niet dat ik met ze meeblaat, maar de teleurstelling is voor mij nu wel invoelbaar geworden. Ik weet niet zeker of het komt door de stapeling van schandalige gebeurtenissen of door de coronacrisis waarin de parlementaire controle zo ontzettend faalt. Ik weet wel dat alleen maar boos of teleurgesteld of tegen zijn, ons niet vooruit helpt. We moeten blijven werken aan beter bestuur, ook al is succes leuker dan falen.
Er zijn wel positieve uitzonderingen: b.v. Ruimte voor de rivieren en het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Niet toevallig programma’s die mede door de waterschappen (met aparte belastingheffing) worden gefinancierd.
Voor het overige wordt er door de overheid precies uitgevoerd wat de politieke meerderheid kennelijk wil: geen of zo weinig mogelijk overheidsinvesteringen, kleine overheid, de zelfredzame burger. Geen wonder dat er dan niet zoveel ‘tot stand gebracht’ wordt.
Het belangrijkste is dat politici tijdig beslissingen nemen. Niet alleen beschermen tegen overstromingen van nu, maar ook tegen klimaatverandering. De zekerheid van recht en democratie voor alle inwoners koesteren en niet wegbezuinigen. Investeringen in publieke voorzieningen bewaken en niet overlaten aan de luimen van een markt. Ambtenaren zullen de ruimte moeten krijgen én nemen om de overheid te laten functioneren als overheid. De afgelopen 40 jaar is veel verloren gegaan, maar het is altijd mogelijk om ander keuzes te maken.
Beste heer ter Haar,
Als u zich dat werkelijk afvraagt dan vraag ik mij af wat uw bijdrage is geweest?
Natuurlijk heb ik uw Wikipedia gelezen. Maar het feit dat er zo veel moet gebeuren (dus ook signalen van collega’s) wil de top ambtenaar (uitzondering daargelaten) naar binnen kijken?
Wat is uw advies aan de toekomstige managers, wat zou u anders doen, wat heeft u geleerd? Hoe gaat u vanuit uw huidige functie daar verandering in brengen? Wat wordt uw advies, strategie en PvA?
Om vertrouwen te herstellen en daadwerkelijk verandering aan te brengen dient u ook te gaan praten met de burgers. De mensen die zo veel leed zijn toegedaan, empathie, het echt voelen en snappen is wezenlijk voor uw persoonlijke transformatie. Uit uw post lees ik wel degelijk een besef dat het anders kan, moet. Ik nodig U uit om met gedupeerde burgers in gesprek te gaan. U kunt mij ook benaderen als gedupeerde van de Toeslagen Affaire. Ik ben voor een constructief gesprek. Ik wil als ervaringsdeskundige niet alleen onderdeel zijn van het probleem maar ook de oplossing. Hartelijke groet en veel succes, Martijn
Beste Bernard, en reageerders,
U staat bij mij zeer hoog op de lijst van belangrijke beleidsbepalers in Nederland. Via mijn bestuurswerk voor MKB-NL en VNO heb ik ervaren hoe degelijk u inzet op kwaliteit van wetgeving. Ik was lid van de adviesraad STEM, en gaf mede een aanzet voor de Omgevingswet.
Neem het de reageerders niet kwalijk dat zij dat niet weten. Wel kwalijk is dat enkelen u persoonlijk aanspreken over alles wat er niet goed gaat. Daarin staat Nederland aan de top van alle wereldwijde lijstjes. En voor die ‘kankerindexen’ zijn Nederlandse politici zeer gevoelig.
Het dominante burgerstandpunt is dat iemand geen enkel negatief gevolg van overheidsbesluiten mag ervaren. Die overheid moet permanent bewijzen dat de negatieve gevolgen van overheidsbesluiten in het niet vallen bij de positieve gevolgen. Het Corona dossier is slechts een bevestiging van de mentaliteit van dwarsliggers die de kwaliteit van de overheidsbesluiten ernstig negatief beïnvloeden. Die met hun dwarsliggen alle projecten in de leegomgeving jaren vertraging in de uitvoering opleggen. Over 10 jaar staat Nederland in de wereld ook onderaan voor het te traag realiseren van nieuwe infrastructuur voor de energietransitie.
Geen enkele politicus durft het aan om de kwalijke gevolgen van het dominante gedrag in Nederland aan de kaak te stellen. In de RES’n die nu voor de energietransitie zijn ingeleverd komen windmolens vrijwel niet voor. Politici zijn bang voor de vertragende RvS procedures, en de provinciale milieuorganisaties steunen dat. Zij immers hebben de angst over luchtkwaliteit e.d. gecreëerd en de RvS processen uitgedokterd.
Zolang onze volksvertegenwoordigers hun verantwoordelijkheid voor integere en kwalitatief hoogstaande overheidsbesluiten niet nemen, houden wij regeringen die slechte wetten over het land uitstorten.
Voor mij viel het kwartje ca 10 jaar geleden toen de 2e kamer de regering liet weten dat het IAK, het kwaliteitssysteem voor integere en kwalitatief hoogstaand beleid en wet- en regelgeving de politieke beleidsvrijheid aan banden legde. Exit IAK.
Zolang het IAK niet voor de volle 100% door de politiek en door het Nederlands volk, wordt gesteund, hebben ambtenaren geen enkel houvast voor betere wetgeving. Dat zelfs de algemene Beginselen van Behoorlijk Bestuur fundamenteel zijn geschonden plaatst Nederland onder aan vrijwel elk Europees ranglijstje, o ja, economie uitgezonderd.
Ik heb afwisselend gewerkt voor de Rijksoverheid, bij een grote gemeente en bij een hogeschool. Mijn laatste functie was ook bij de Rijksoverheid, maar in een decentrale vorm voor de politietop.
Ik heb me verbaasd over de vorming van de Nationale Politie (2011-2013). Een disfunctioneel proces en vele verliezen op o.m. persoonlijk gebied. Ik heb de overheid zien falen, en zij heeft niet gedaan wat zij had moeten doen: de egomachten in de politiek en de politietop bijsturen. Yes Minister, voor en na. Er zijn evaluaties geschreven door mensen, die juist ook weer van die overheid afhankelijk zijn. Ook dat benoem ik als disfunctioneel.
Goed betoog, heer Ter Haar. Opmerkelijk is wel dat het licht aangaande de kwaliteit van het bestuur pas kort geleden is gaan branden. Individualisme en het ontbreken van gemeenschapszin vieren immers al decennialang hoogtij in onze samenleving, terwijl datzelfde beeld zich aftekent in het bestuurlijk klimaat.
Daarentegen zijn wij als burgers inderdaad gezamenlijk verantwoordelijk voor ons bestuur. Dat heet democratie.
Een individu kan slachtoffer worden van bepaalde regelgeving, maar de burgers zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het ontwikkelen en uitvoeren van die regelgeving.
Het politieke landschap is de afgelopen drie decennia helaas vergaand versnipperd geraakt. Dat staat slagvaardigheid in de weg. De stroom van hoofdpijndossiers wordt almaar langer. De recente berichten over Henk Bleker en de pulsvisserij sluiten er naadloos op aan. Het CDA ziet zichzelf als rentmeester van moeder aarde. Hoongelach is hun deel, wat mij betreft. Partijen lijken door de kiezers echter niet meer te worden afgerekend op wanbeleid. Burgers lijken zich in hun politieke keuzes te laten leiden door de waan van de dag, niet gehinderd door enig historisch besef. Jongeren zijn vergeten dat hun opa’s en oma’s hard geknokt hebben voor de belangen van arbeiders. Ze misssen de rode draad van wat er met heel veel moeite is bereikt en laten zich afschepen met korte – of ZZP contracten, wat zijn weerslag heeft op talloze andere zaken. Alles hangt met alles samen. Pas als de geest van eenheid en samenwerking weer gaat waaien, zullen wij slagen kunnen maken.
Goedemorgen mijnheer Ter Haar,
Ik ken u en dit artikel niet. Wel hoorde en zag ik de uitspraak van Sigrid Kaag van vorige week, waarin zij In een toespraak een topambtenaar citeerde (u blijkbaar) die zichzelf de vraag stelde of de overheid de afgelopen twintig jaar nog iets groots tot stand heeft gebracht. “Hoe graag hij ook ongelijk zou hebben; hij kon niets verzinnen. Ik ook niet. Hoelang ik erover nadenk”, zei Kaag.
Ik heb daar een tijd over nagedacht. Ik vind het om een aantal redenen schokkend namelijk. Ten eerste omdat hier politiek en overheid door elkaar loopt. De belastingdienst hebben beleid uitgevoerd dat geformuleerd en opgelegd is door de politiek. Iets met oorzaak en gevolg. Ten tweede: het is niet waar. Alle punten die u noemt ten spijt. Het is namelijk de helft van waarheid. Het zeer adequate watermanagement van onze overheid heeft ervoor gezorgd dat een veel grotere ramp net is voorkomen. Zelfs de New York Times schreef er gisteren een voorpagina’s artikel over. Hoezo, niets groots? Ik wil niets af doen aan die hele lijst van voorbeelden waaruit blijkt dat we het zo krankzinnig slecht doen, alleen: ondanks dat behoren we asl jarenlang tot de meest gelukkig landen ter wereld. Rennen alle andere landen dan nog harder achteruit? En als dat zo is, is dat dan de schuld van onze overheid? En hoewel het makkelijk is om er op af te geven: ik zit veel in de VS en leg daar regelmatig uit hoe onze pensioen-, zorg- en onderwijssystemen werken. En dat kan zeker nog Grootser, maar dew gemiddelde Amerikaan zou er een moord voor doen. Zelf heb ik qua werk weinig met de overheid te maken, op één onderwerp na: sport en bewegen. Nederland, qua inwonertal kleiner dan de staat New York op een derde van de oppervlakte, is in de afgelopen jaren structureel uitgegroeid tot een van de meeste sportieve landen ter wereld. En dat is niet een bijzaak: dat gaat over cohesie, gezondheid, trots, inclusiviteit en participaties. Die structurele top 10 positie komt voor een zeer belangrijk deel dankzij de steun en het doorzettingsvermogen van de Nederlandse overheid.
Ik vond het gebrek aan perspectief dermate stuitend, dat we er behoefte aan hadden om een ander perspectief te laten horen. Dat deden gisteren met een pagina in het Financieele Dagblad en wat sociale media, met iets zeer onnedelrands: een ode aan onze overheid: https://www.linkedin.com/posts/phemels_een-ode-aan-onze-overheid-activity-6841663697623027712-rWCw
Ik vind dat het tijd word om het regeringsbeleid verantwoordelijk te stellen voor al langer ondoordacht beleid.De regering is verantwoordelijk voor het aansturen van de agrarische sector.De problemen in deze sektor hadden ze al lang moeten zien aankomen.Op een bepaald punt gaan problemen zich met elkaar vermengen en gaan ze ellende genereren.Agrarische sektor dringt zich op aan maatschappelijke ongelijkheid.Rampgebied Groningen gaat heel ver terug.Dure commissies om tijd te rekken om miljarden terug te betalen aan het getroffen gebied.Alleen al de naiviteit van de N.A.M. en de regering al die jaren!Ik ben net 60 en schaam me dood voor Nederland.Is dit het land waar ik me al die tijd voor heb staan uitsloven?Onzalig asielbeleid,discriminatie in de toeslagenaffaire,woonproblematiek.Ik woon in de grote stad met zware luchtvervuiling,ben slachtoffer van slechte woningen,van de tabaksindustrie,van de criminaliteit.De lijst word langer en langer.Kan dat nu niet anders?Met zo een lijst is het wel heel raar dat een ministerpresident 12 jaar lang aan blijft.Maar ja,het is niet alleen de schuld van Mark Rutten en zijn kornuiten.Het foute beleid is al veel eerder in gezet.De laatste decenia van de vorige eeuw had er volgens mij heel hard opgeschaald moeten worden op allerlei fronten.Jammer dat dat niet gebeurd is.ik had me er graag tegen aan bemoeit maar loop kostbare tijd te verspillen aan mijn woonlocatie met mensen die waarschijnlijk evenzo de dupe zijn van wanstaltig beleid.Jammer
Er is een boek dat vanuit brede context de genoemde problematiek beschrijft. Er wordt een perspectief geboden, die wordt aangetoond te werken bij 4 onderwerpen t.w. aardbevingsellende Groningen, Crash MH 17, vluchtelingenproblematiek en de WMO 2015. Daarnaast wordt een beeld geschetst van hoe NL reilt en zeilt vanaf 843, het Verdrag van Verdun. Om een zinvol perspectief te hebben wordt gebruik gemaakt van het werk van Arnold Cornelis, cultuurfilosoof. Zijn hoofdwerk ‘Logica van het gevoel’ is daarbij richting gevend m.n. de communicatieve zelfsturing. Het klinkt nogal pretentieus, maar aan het eind van het boek vallen alle stukjes in elkaar.
Titel: Waarom het in NL gaat zoals het gaat. Te koop op het internet voor ca 20 Euro. Schrijver is ondergetekende.
De burger voelt een steeds groter wordende afstand met de overheid. Dat is een slecht teken. En ze zullen dan steeds minder bereiken omdat de burgers ook niet mee zullen doen.