Kort voor de zomer is voor de derde keer een rapport van de Algemene Rekenkamer (ARK) verschenen over de witwasaanpak in Nederland. Voor de derde keer constateert de ARK dat de verantwoordelijke ministeries van Financiën en Justitie en Veiligheid niet kunnen aangeven op welke wijze zij de efficiency en effectiviteit van de witwasaanpak beoordelen, en daartoe ook geen enkele poging hebben ondernomen. Dat is natuurlijk wel schrijnend als we de hoge kosten zien die de Nederlandse banken tegenwoordig moeten maken in hun poortwachtersrol van deze witwasaanpak. Die kosten komen jaarlijks boven de €1 miljard uit aan personele en materiële kosten. En inmiddels klagen veel klanten over de onvriendelijkheid waarmee zij door de banken worden bejegend. We weten niet hoeveel geld er in Nederland wordt witgewassen. Er bestaat een schatting van €16 miljard, maar heel betrouwbaar is die niet. Er wordt via de witwasaanpak-keten uiteindelijk weinig crimineel geld echt ontnomen. Misschien maar één procent van die €16 miljard.
Als dat percentage zo laag is, lijkt de witwasaanpak totaal ongeschikt als systeemonderdeel van de criminaliteitsbestrijding in Nederland. Geen crimineel schrikt ervan als van zijn crimineel geld 1% verloren gaat bij het witwassen. In dat licht bezien is het een enorme systeemfout om de witwasaanpak als een eigenstandig systeem te beschouwen om het financieel stelsel zuiver te houden. Dit pleit ervoor dat de overheid beter zicht krijgt en geeft op de kosten en baten van de witwasaanpak, en van daaruit deze kennis inbrengt in het integrale systeem van criminaliteitsbestrijding. Dan zijn er wellicht veel effectievere methoden denkbaar om de criminaliteit terug te dringen.
Op de Artikelen pagina onderwerp ik de witwasaanpak aan de door mij bedachte “koala-test”. Ik nodig graag uit om daar verder te lezen.